RECEPT VOOR 10 – 12 punten taart |
INFO: Makkelijke taart, lukt altijd maar…. LET OP: Na het bakken is de (net) afgekoelde taart erg hard en nog niet lekker. Pas de volgende dag is de smaak goed door getrokken en de taart zacht geworden. De taart blijft daarna nog 4 tot 5 dagen lekker (als hij voor die tijd tenminste niet verdwenen is). Tip: Geen geduld? Eet de taart dan (als hij klaar is) meteen warm op ….. (voordat hij hard wordt). BEREIDINGSTIJD (deeg): circa 10 minuten (kan tot een dag van te voren) BEREIDINGSTIJD (vulling en afwerking): circa 25 minuten (kort voor het bakken) OVENTIJD: circa 40 – 45 minuten. BEREIDEN (deeg): Roer in een schaal de suiker (voor het deeg), het bakpoeder, het zout en de tarwebloem door elkaar. Boen de citroen schoon en rasp de helft van de schil er boven de schaal met bloem dun af (alleen het gele deel). Breek het ei boven een kommetje en kluts het met een vork los. Maak een kuiltje in de bloem en giet het geklutste ei er in. Smelt de boter (of margarine) in een steelpan (niet bruin laten worden) en giet de gesmolten boter in de schaal met bloem.
Wrijf de handpalmen in met bloem en kneed het deeg verder met de handen tot het soepel is. Vorm een bal van het deeg en zet het tot gebruik in de koelkast. BEREIDEN (vulling en afwerking):
Doe de rozijnen bij de appels en verkruimel de biscuitjes er boven. Strooi de nootmuskaat, de kruidnagel en de kaneel er over. Doe de suiker (voor de vulling) er bij en meng alles goed door elkaar. Verwarm de oven voor op 200 graden Celsius (gasoven stand 5-1/2). Vet de springvorm in. Haal het deeg uit de koelkast en leg de deegroller klaar. Strooi wat bloem op het werkblad en wrijf de handpalmen er mee in. Kneed het deeg weer goed door tot het soepel is. Rol circa 2/3 deel van het deeg met de deegroller uit tot een ronde lap die groot genoeg is om de bodem en de onderste helft van de opstaande rand van de springvorm te bekleden Tip: Lukt het uitrollen niet, kneed dan nog een eetlepel water door het deeg. Bekleed de bodem en de onderste helft van de rand van de springvorm met het uitgerolde deeg (de taart wordt half zo hoog als de springvorm) Tip: Als de lap deeg tijdens het transport breekt, leg de stukken in de vorm dan weer tegen elkaar aan en druk de naden weer even aan elkaar vast). Roer het appelmengsel nog een keer door en schep het in de vorm. Rol de rest van het deeg dun uit (circa 1/2 centimeter) en snijd er repen van (circa 2 centimeter breed, de lengte van de repen is niet belangrijk, straks waar nodig stukken aan elkaar plakken of restjes even opnieuw kneden en weer uitrollen). Maak met de deegrepen een mooi ‘vlechtwerk’ op de taart (niet echt vlechten, leg eerst een laag deegrepen met gelijke afstand naast elkaar op de taart en vervolgens nog net zo’n laag deegrepen schuin boven op de eerste laag) d Druk – rondom, langs de rand van de vorm – de repen deeg vast tegen de opstaande deegrand. BAKKEN: Zet de taart midden in de oven en bak de taart in 40 – 45 minuten goudbruin. Tip: Wordt de taart te vlug bruin dan helpt afdekken met aluminiumfolie, duurt het langer dan helpt geduld ( als de oven aan is). Laat de taart na het bakken circa 5 minuten afkoelen, haal daarna de rand van de vorm er af en laat de taart verder afkoelen. |
|
BENODIGDHEDEN:
OVEN GROTE SPRINGVORM (± 26 centimeter) DEEGROLLER FIJNE RASP voor het deeg: 300 gram tarwebloem 1/2 onbespoten citroen (zie: Tip) 150 gram roomboter of harde margarine (uit een pakje)
600 gram goudrenetten (appels, zie: Info) circa 2 eetlepels citroensap 1 volle theelepel kaneel (of meer of minder naar smaak) 4 biscuitjes (zie: Info) 75 gram rozijnen verder: beetje bloem voor het werkblad boter of margarine om in te vetten
Info: Goudrenetten (moesappels) zijn erg lekker voor deze taart omdat ze wat zuurder zijn dan handappels (worden er andere appels gebruikt dan is de helft van de – voor de vulling – opgegeven hoeveelheid suiker voldoende). De biscuitjes moeten samen met de rozijnen het vocht opnemen dat tijdens het bakken uit de appels komt, laat ze daarom niet uit het recept weg. De biscuitjes kunnen wel door andere koekjes vervangen worden, bijvoorbeeld speculaasjes zijn lekker, maar neem dan wel de helft minder kruidnagel en nootmuskaat. Tip: De citroen moet onbespoten zijn omdat de schil gebruikt wordt. Is zo’n citroen niet te vinden laat de citroenrasp dan uit het recept weg en gebruik voor de vulling citroensap uit een geel plastic flesje (verkrijgbaar in elke supermarkt). Er blijft een halve citroen over, vries die in voor een volgende keer (rasp de schil er dan als de citroen nog bevroren is vast af, zo loopt het sap er niet uit). |